Nieuw leven voor betekenisvolle gebouwen? Het begint bij een haalbaarheidsonderzoek. Lees meer

Mensen vertellen over Monumenten: Van verhalen over, naar verbinding met erfgoed

24 augustus 2022

Industriële gebouwen waren 25 jaar geleden de nieuwe loot binnen de monumentenzorg, maar de ontwikkelingen staan niet stil. Hoewel we nog steeds ‘monumenten’ herbestemmen, spreken we nu vaker over ‘erfgoed’ in brede zin: het gaat niet meer alleen over de traditionele waarde uit de monumentzorg als behoud van bijzondere architectuur of bouwkunst, maar ook over maatschappelijk gebruik, herinneringswaarde en beleving. De mens is meer centraal komen te staan in de monumentenzorg. BOEi ontwikkelde daarom ‘Mensen vertellen over Monumenten’, een project dat gericht is op het doorgeven van verhalen… én op verbinding.

Ik kom ze tegen bij elke herbestemming: die oud medewerker die nog altijd naast de fabriek woont en me belangeloos een rondleiding geeft door het leegstaande gebouw. Soms zijn ze al meer dan twintig jaar met pensioen, maar ze hebben een groot deel van hun leven gewijd aan die plek. Ik zie ze vaak genieten als ze weer ‘even terug zijn’. Ze vertellen bij elke hoek een verhaal of anekdote. We zijn er bij BOEi intussen allemaal in getraind: als zo iemand je pad kruist, dan schrijf je zijn of haar nummer op.

Verhalen, het lijkt een toverwoord geworden. Als je wat met erfgoed wilt, dan zeker ook wat met de verhalen, want als je alleen de stenen behoudt, dan mis je iets wezenlijks. De inspanning rond verhalen is overal merkbaar. Google maar eens op het ‘verhaal van Brabant’, of ‘Gelderland’, of zoek de serie ‘Verborgen verhalen’ bij de publieke omroep. En laten we ook de aandacht voor ‘storytelling’ niet vergeten.
Bij het BOEi-project ‘Mensen vertellen over Monumenten’ gaan we actief de boer op om verhalen over onze monumenten op te halen. We plaatsen oproepen in lokale media en gaan naar de mensen toe voor een interview. Of we nodigen ze uit op locatie met camera erbij.

Zoals bij technicus Bert Minderman in de Dongecentrale Geertruidenberg. Dat was geweldig, zo’n man loopt dan in één lijn naar de installatiekast die hij als leerling-installatietechnicus zelf heeft aangelegd rond 1977. ‘Alles zit er nog in!’ , verzucht hij, wijzend naar de kast. Als leek zie je niets anders dan een stel anonieme bijeengebonden kabels, tot Bert begint te praten over hoe hij het heeft aangelegd met de technieken van toen van in wax gedompeld binddraad, dat de centrale zelf liet maken in de werkplaats. Dan komen vanzelf ook de verhalen los over die collega waarmee hij grappen uithaalde, de kameraadschap of de pijn over de teloorgang van de oude-PNEM. Dat publiceren we online met zo min mogelijk censuur. Het gaat om die mensen, met hun verbinding met die plek.

Je kunt verhalen niet los zien van verbinding die mensen voelen. Aan het oppervlak lijkt ‘Mensen vertellen’ een manier om zoveel mogelijk verhalen op te schrijven, maar het diepere doel is juist die verbinding te voelen en te voeden. Monumenten behouden, betekent verbinding doorgeven en dat is belangrijk voor het slagen van een herstemming. Als mensen geen warmte (meer) voelen bij een gebouw, is er afbreukrisico, dan komen ze niet meer. Daarom willen we de mensen die gepassioneerd kunnen vertellen, dicht bij het project betrokken houden.

Daarvoor dien je hun verhaal serieus te nemen. Ik spreek wel eens monumenteigenaren die denken dat verhalen vooral positief moeten zijn. Ze schuwen het leed – bijvoorbeeld de pijn van massaontslag dat elke industrie kent – omdat ze als herbestemmer een positive vibe aan hun gebouw willen meegeven. Het erfgoedverhaal moet wel passen in de ‘verkoopglossy’ van de architect, zal ik maar zeggen.
Dan neem je tijdgetuigen dus niet helemaal serieus. Het is hun verhaal, ongeacht de kleur die mensen er aan meegeven, en dus ook op die manier hun erfgoed. Als ontwikkelaar ben je (ook) een passant, maar wel een die veel impact heeft op het erfgoed en leefomgeving van anderen. Dat is een precaire rol, die om bescheidenheid en betrokkenheid vraagt.

Dat de kracht van verhalen na vijfentwintig jaar herbestemmen breed wordt onderkend, is wel duidelijk, maar er is zeker ruimte voor verbetering. Het vraagt aandacht om er meer van te maken dan ‘het obligate kopje geschiedenis’ op een projectwebsite. Daar red je het niet mee. Verbinding met erfgoed doorgeven is hard werken. Daarvoor moet je in contact treden, telkens opnieuw en telkens weer zoeken naar de beste vorm voor het levende erfgoedverhaal. Traditioneel denken we als ontwikkelaars graag lineair. Zo van ‘we beginnen bij A, nemen deze stappen en dan is de herbestemming afgerond bij B’, maar een herbestemming is nooit af. Je blijft werken aan verbinding, elke dag opnieuw.

Jobbe Wijnen is erfgoedadviseur voor het project ‘Mensen vertellen over Monumenten’ bij BOEi. Zie www.BOEi.nl/mensenvertellen