Ingeborg Sturre heeft als zakelijk leider van de Stichting Kunst in Kolderveen bijgedragen aan de herbestemming van de voormalige zuivelfabriek in Kolderveen tot een woon- en werkplek voor gastkunstenaars en voor groepen kunstenaars, die daar samen werken aan één project en invloed op elkaar uitoefenen: “Het behoud van dit erfgoed schept een band met de omgeving.”
Door Paul Alzer. Foto: Ingeborg Sturre
Vanuit de Stichting Kunst in Kolderveen wist Ingeborg Sturre van de Zuivelfabriek een plek te maken die van betekenis is voor zowel de huurders als de bezoekers: “De stichting laat bijvoorbeeld aan het einde van een project de resultaten zien in de vorm van een expositie, doet ook af en toe educatieve projecten met scholen uit de regio en werkt mee aan open dagen, zoals bijvoorbeeld de fietsvierdaagse.”
Ze vertelt verder: “Als zakelijk leider was ik verantwoordelijk voor de financiële en zakelijke kant van de stichting en de dagelijkse gang van zaken, communicatie en de vrijwilligers. In samenwerking met BOEi heeft er een grote verbouwing plaats gevonden van ons onderkomen, de zuivelfabriek, tot een nieuwe woon- en werkruimte. Daarnaast is de kaashal en zijn de kelders gerenoveerd, zodat ze goed voor exposities en projecten konden worden gebruikt.”
Voor Ingeborg Sturre is de kracht van herbestemd cultureel erfgoed duidelijk: “In de voormalige zuivelfabriek blijkt de plek vooral voor kunstenaars heel inspirerend te zijn. De grote kelder bijvoorbeeld, geeft een heel eigen inspirerende sfeer. Herbestemming geeft ook een andere kijk op de geschiedenis en zorgt zo voor behoud van een stuk geschiedenis in de regio.”
“De oorsprong van de herbestemming lag bij een groep kunstenaars die de fabriek wilde behouden. De fabriek was tijdenlang van groot belang geweest voor het dorp Kolderveen en de kunstenaars wilden het historisch bouwwerk behouden en weer gebruiken. Zij hebben samengewerkt aan de herbestemming, eerst als een coöperatie en later met behulp van BOEi als een vereniging van eigenaren.”
Ingeborg Sturre ziet dat er in de gehele regio voldoende aandacht is voor cultureel erfgoed: “In deze regio is ook de Maatschappij van Weldadigheid zeer actief aanwezig en mede misschien daardoor wordt er naar mijn idee weinig over het hoofd gezien. De regio is volgens mij kien op het behoud van monumenten.”
Het vinden van een passende herbestemming van kloosters kan volgens haar wel extra aandacht gebruiken: “Opvallend is de ombouw van kloosters tot conferentieoorden. Van de stilte naar de drukte. Dan vind ik het soms persoonlijk jammer, mede omdat ik er ook zelf in het verleden kwam, dat een gedeelte van die oorspronkelijke functie van het gebouw verloren gaat.”
Persoonlijk zet ze zich niet meer in voor erfgoed, maar volgt de ontwikkeling van gebouwen in de regio wel. “De herontwikkeling van gebouwen geeft vaak een positieve invloed aan de omgeving. Het zorgt daarmee voor verrassing, in zin van: “hé, kan dit ook?” tot aan het weer opnieuw vertellen van de geschiedenis ‘geschiedenis in een nieuw jasje’.”
Volgens Ingeborg Sturre kunnen we zeker nog wat leren van het buitenland met betrekking tot herbestemmen van erfgoed: “Ik ben op plekken geweest waar het multifunctionele gebruik van een gebouw groter of beter is dan vaak mogelijk lijkt in Nederland. Er lijkt dan meer ruimte te zijn voor een bredere of vrijere invulling van een gebouw bij herbestemming. In Nederland zijn we dan toch nog wat conservatief.”